Waarom DE LEVENSBOOM?

Het beeld van de Levensboom komt in alle culturen over de hele wereld voor. Het beeld wordt door alle volkeren erkend, want  zij staat centraal in wereldgodsdiensten en scheppingsverhalen. ‘Waarom? ’, vraag je je af.
De Levensboom of de Kosmische boom toont een universeel mythisch beeld van ons zelf. Het laat zien hoe de mens vanuit zijn ‘ik’ tussen drie rijken – hemel, aarde en onderwereld – naar eigen verbeeldingskracht denkt, voelt en handelt.

In de psychologie ziet Jung de boom als symbool van de menselijke psyche, het ’ ik’ afgebeeld als groeiproces.
Moderne kunstenaars als Miro, Brancussie, Klee en Mondriaan verbeelden in hun werk de ontwikkelingsweg van de mens door middel van het symbool van de Levensboom.
Een beroemde voordracht van Paul Klee uit 1947 ‘On modern Art’ is gesigneerd met een dennenboompje.

De takken van de boom reiken tot in hemelse sferen waar het bewustzijnslicht van inspiratie en ideeën ons kan voeden en laten opbloeien. De wortels dringen door tot in de donkere diepten en verbinden ons met de aardse werkelijkheid. Daartussen staat de stam als beeld van onze ziel.De ziel geleidt sapstromen die de gehele boom doordringen en maken leven mogelijk.

Een aardse beuk, eik of berk in de natuur sterven. Het ware wezen van een boom sterft  niet, maar keert weer door het zaad terug en komt vernieuwd. Op dezelfde wijze keert de verbeeldingskracht, behorend bij het ware wezen van de mens voortdurend terug en schenkt nieuwe krachten door het inspirerend en  beschouwend denken. 

Zo toont het beeld van de levensboom ons de binnenzijde van de wereld. Uiterlijk zien we haar in veel verschillende  verschijningsvormen afgebeeld: in vlechtwerken en ranken op gevels van kerken (bijv. in Georgië) en ook op kruisstenen in Armenië die de opgave hebben de mensen ieder ogenblik aan belangrijke samenhangen te herinneren.

Je komt levensbomen tegen in de rituele berk (offerpad van de Sjamaan); in de omgekeerde boom bij de Aboriginals en Lappen; in de bloeiende Amandelboom in de Joodse iconografie als het symbool van het goddelijk Licht; in de Pyramide; in de sacrale architectuur van Egypte en de Ziggurat in Babylon.


Als centrum in het Indonesische wajang Kulit spel verschijnt ze als Gunungan, hemelboom of berg. Ook is de levensboom het symbool van het middelpunt in labyrinten,  op dorpspleinen en op volksfeesten.
Als Ygdrasil, de wereld –es, wereld en  ziele-oerbeeld van de Germanen, als Pinkerboom waar omheen gedanst wordt, of als kerstboom met lichtjes getooid, waaromheen groot en klein intimiteit beleeft.

Zo herinnert de Levensboom je voortdurend aan de opgave van de menselijke individualiteit hemel en aarde, binnen en buiten met elkaar te verbinden, vanuit het midden, vanuit het hart, dat de zetel is van het ik is. Niet ten koste van, maar dankzij de medemens.
De beproevingen en avonturen die een mens doorstaat om dit ideaal te bereiken daarover verhalen de sprookjes.

Christja Mees-Henny

 

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *